Spelregels en -soorten
Beknopte regels.
Hieronder de belangrijkste badmintonspelregels, in zeer beknopte vorm.
De officiële en complete spelregels zijn te vinden op de site van Badminton Nederland.
(de hoogte van het net is 1,524 meter in het midden en 1,55 meter aan de randen)
Begin van de wedstrijd.
Voor de aanvang van de wedstrijd loten de beide tegenstanders. De winnaar van deze toss heeft het recht:
- de eerste service te doen;
- de speelhelft te kiezen;
- de eerste service niet te doen.
De verliezer van de loting krijgt daarmee de keus tussen elke overgebleven mogelijkheid. In de tweede en derde game van een wedstrijd mag die partij het eerst serveren die de voorgaande game heeft gewonnen.
Coaching en het verlaten van de baan.
Een speler mag tijdens een partij alleen aanwijzingen ontvangen als de shuttle niet in het spel is. Behalve tijdens de pauzes mag een speler tijdens een partij de baan niet verlaten zonder toestemming van de scheidsrechter.
Puntentelling.
Badminton wordt gespeeld volgens de 'best of three games' puntentelling.
Om een wedstrijd te winnen dienen er twee games gewonnen te worden met een maximum van drie te spelen games. In tegenstelling tot de vroegere telling (van voor het seizoen 2006-2007) kunnen beide partijden scoren ongeacht wie er serveert, degene die de rally wint scoort ook het punt.
Een game bestaat zowel voor het herenenkelspel (HE), het damesenkelspel (DE), het herendubbelspel (HD), het damesdubbelspel (DD) en het gemengddubbelspel (GD) uit 21 punten. Bij de stand van 20-20 zal er worden verlengd en moet de game worden gewonnen met 2 punten verschil. Als echter de stand 29 -29 wordt bereikt, wordt de game gewonnen door de partij die het 30ste punt scoort.
Na elke game wordt er gewisseld van speelhelft. De winnaar van een game begint de volgende game met de service.
Je wisselt ook van speelhelft als in de derde game één van de partijen 11 punten heeft gescoord.
Zie ook: Officiële Spelregels.
Bij de stand 0-0 en alle even punten wordt er geserveerd vanuit het rechter serveervak. Bij alle oneven punten wordt er geserveerd vanuit het linker serveervak. Na iedere score vindt de service plaats vanuit het naastliggende serveervak.
Bekijk verder het filmpje waarin de puntentelling wordt uitgelegd.